Het toernooi om de TOTO KNVB Beker bestaat officieel al sinds 1899. Sindsdien wordt de bekercompetitie, uitzonderingen daargelaten, jaarlijks gespeeld. Daarmee is de KNVB Beker een van de oudste bekertoernooien ter wereld, en vandaag de dag nog altijd springlevend. Het vaderlandse bekertoernooi is populairder dan ooit, doordat amateurclubs de kans krijgen het op te nemen tegen de profclubs én door de prijs die de KNVB aan het winnen van de beker heeft verbonden. Niet alleen krijgt de winnaar de bekende dennenappel, ook ligt er een ticket voor het hoofdtoernooi van de Europa League klaar.
Jaar | Winnaar |
2024 | Feyenoord |
2023 | PSV |
2022 | PSV |
2021 | Ajax |
2020 | geen winnnaar |
2019 | Ajax |
2018 | Feyenoord |
2017 | Vitesse |
2016 | Feyenoord |
2015 | FC Groningen |
In 1899 was RAP de eerste winnaar van de TOTO KNVB Beker. De Amsterdamse club - een jaar eerder ook de eerste landskampioen van Nederland - bestaat inmiddels niet meer. Althans, als voetbalclub niet, want in 1914 ging RAP samen met Volharding en is als VRA tegenwoordig een cricketclub. Tot eind jaren '50 is er een grote variatie te zien in de winnaars. In de beginjaren van het toernooi komen we vooral clubs tegen die inmiddels geen rol van betekenis meer spelen in het profvoetbal, al wonnen Ajax (1917) en Feyenoord (dan nog Feijenoord, 1930) al voor de Tweede Wereldoorlog hun eerste beker. Clubs als RCH, HV & CV Quick, Koninklijke HFC, HBS, DFC en WVV Wageningen winnen in die periode het toernooi meerdere keren.
Na de oorlog ligt het toernooi een paar jaar stil. In 1950 wint PSV nog zijn eerste beker, daarna is er weinig interesse in een nationale bekercompetitie. Pas in 1957 wordt de draad weer opgepakt, niet geheel toevallig een jaar na de invoering van het betaalde voetbal. De intrede van het profvoetbal zien we terug in de winnaars van de KNVB Beker. Fortuna'54, voorloper van Fortuna Sittard en dan een topclub in Nederland, wint in 1957 de beker en sindsdien ging de winst in het vaderlandse bekertoernooi altijd naar een club uit de Eredivisie. Ook is ook de verliezend finalist vaak een eredivisionist. Het gebeurde sinds 1957 maar negen keer dat een club uit de Eerste Divisie de finale haalde. NEC was in 1994 de laatste club die dat voor elkaar kreeg. Een amateurclub stootte sinds de invoering van het betaalde voetbal nog nooit door naar de finale.
Uiteraard zijn het de topclubs Ajax, Feyenoord en PSV die het vaakst de beker wisten te winnen. Maar dat gebeurt lang niet altijd. Er zijn een aantal opvallende winnaars te noemen. Wat te denken van PEC Zwolle, dat in 2014 voor een grote verrassing zorgde door Ajax in de finale met maar liefst 5-1 te kloppen. Een jaar later bereikten de Zwollenaren opnieuw de finale, maar een tweede bekerzege kwam er niet. FC Groningen legde dat jaar beslag op de voorlopig enige beker uit de clubhistorie. Begin deze eeuw ontpopte FC Utrecht zich tot heuse cupfighter. In 2002, 2003 en 2004 speelde de club uit de Domstad de finale, waarvan het de edities van 2003 en 2004 wist te winnen. Daarmee is Utrecht de enige club naast Ajax en PSV die sinds 1957 drie keer op rij de finale wist te bereiken. Andere opvallende prestaties kwamen op naam van Roda JC (winnaar in 1997 en 2000), AZ (als AZ'67 winnaar in 1978, 1980 en 1981) en Sparta (winnaar in 1958, 192 en 1966).
Club | Aantal |
Ajax | 20 |
Feyenoord | 14 |
PSV | 11 |
AZ | 4 |
HV & CV Quick | 4 |
FC Twente | 3 |
FC Utrecht | 3 |
Sparta Rotterdam | 3 |
Koninklijke HFC | 3 |
Wordt het dit jaar weer een van de drie topclubs die met de beker aan de haal gaat? Sinds 2018 verdeelden Ajax, Feyenoord en PSV de prijzen. Willem II, AZ, Vitesse, NEC; ze haalden allemaal wel de finale, maar slaagden er niet in de beker te winnen. Lukt het een van de andere clubs het dit jaar wel de hegemonie van de traditionele top 3 te doorbreken? Zet in & win!